Moet je bij verbouw ook aan het Bouwbesluit voldoen?

Ook bij verbouw gelden er regels. De wettelijk minimale voorschriften voor verbouw zijn tevens in het Bouwbesluit beschreven. Ook vergunningvrije bouwwerken moeten aan het Bouwbesluit voldoen. De minimale eisen bij verbouw zijn meestal lager dan bij nieuwbouw.

Rechtens verkregen niveau

Elk legaal gebouwd en verbouwd gebouw voldeed op het moment van realiseren -als het goed is- aan de daarvoor geldende bouwvoorschriften. Als je verbouwt moet het te verbouwen deel de kwaliteit behouden die het bij realisatie heeft gekregen. Dat geldt ook voor de eisen m.b.t. brandveiligheid. Dit noemen we het 'rechtens verkregen niveau'. Bij verbouw mag volgens dit kwaliteitsniveau gebouwd worden. De eisen mogen, zowel bij verbouw als bij bestaande bouw  nooit onder het minimale wettelijk geaccepteerde kwaliteitsniveau komen: niveau bestaande bouw in het Bouwbesluit. De gemeente (bevoegd gezag) c.q. de brandweer kan hierop handhaven.

Vergunning en handhaving

Als voor een verbouwing een vergunningaanvraag vereist is, wordt het voldoen aan de brandveiligheidsvoorschriften vooraf getoetst. Nu gebeurt dat altijd nog door het gemeentelijke bouwtoezicht getoetst en vanaf medio 2016 is het de bedoeling dat dit door erkende private plantoetsers zal worden gedaan (voor niet-complexe bouwwerken). Die toetsing vooraf is eeen borging op de vereiste bouwkwaliteit. Bij vergunningvrije bouwwerken worden de brandveiligheidsvoorzieningen niet per se getoetst. Ook vergunningvrije bouwwerken dienen te voldoen aan het Bouwbesluit. Het is de verantwoordelijkheid van de gebouweigenaar / initiatiefnemer om hieraan te voldoen. Dit is sinds 2007 in de Woningwet vastgelegd: hij moet zelf organiseren welke plichten voor de gebruikers of huurders gelden.

Risico's bij regulier gebruik

Voordat je vluchtroutes weghaalt, brandwanden verplaatst, ruimtes vergroot, vloeren toevoegt, gevels verandert, moet je eerst een goed overzicht hebbben over de brandveiligheidsmaatregelen in het hele gebouw. Je moet een totaalbeeld hebben van de bestaande brandveiligheidsvoorzieningen, voordat je gaat verbouwen en hoe de verbouwing qua brandveiligheid samenhangt met de rest van het gebouw.

Je moet bij een verbouwing ook nagaan of het veiligheidsniveau nog klopt met de laatste vergunningen en er niet bijvoorbeeld in het verleden illegaal verbouwd is. Je hoeft hiervoor geen uitgebreid historisch onderzoek te doen. De gemeente mag dat, zonder gegronde redenen, ook niet eisen. Met gezond verstand kijken naar de feitelijke situatie en de laatste tekeningen opvragen bij de gemeente, volstaat doorgaans. Het RVN vaststellen voor de start van een verbouwing is soms een lastige klus maar nodig om een verbouwing optimaal te kunnen ontwerpen. Uitgangspunt blijft dat het bestaande kwaliteitsniveau van de brandveiligheid door een verbouwing nooit slechter mag worden.

Nadere toelichting

De gemeente is nooit aansprakelijk. Ook al heeft zij, of de brandweer namens de gemeent, een toets uitgevoerd op de vergunningaanvraag (niet-vergunningvrij bouwen) of een inspectie uitgevoerd na oplevering (vergunningvrij bouwen), dan blijft de eigenaar zelf verantwoordelijk. Uiteraard geeft een toets van een derde partij wel meer vertrouwen.

Risico's bij brand

Voorbeeld 1
Als je een bedrijfshal vergunningvrij uitbouwt, wordt het brandcompartiment ineens groter. Blijft het totale oppervlak dan nog binnen de Bouwbesluiteisen? Als het te groot wordt, kan eeen brand uitgroeien tot een onbeheersbare brand en de brand kan overslaan naar het naastliggende perceel.

Voorbeeld 2
Als je een extra slaapkamer op de zolder maakt, wordt de loopafstand vanuit een verblijfsruimte (nieuwe slaapkamer) tot een uitgang van de woning langer. Blijft de loopafstand dan nog binnen de hiervoor geldende eisen en kun je nog veilig vluchten in geval van brand? Ook naar vluchtroutes in complexere gebouwen moet met zorg gekeken worden om te voorkomen dat een verbouwing leidt tot een onacceptabel veiligheidsniveau, bijv. m.b.t. vluchten en er ongelukken gebeuren bij brand. De brandweer heeft ook baat bij een goede kennis van de indeling van een gebouw in de verbouwde situatie, voor het geval zij binnen moet optreden.

Zorgplicht
Indien na een brand achteraf blijkt dat uw verbouwing heeft geleid tot een lager (en dus illegaal) brandveiligheidsniveau kan u dat worden aangerekend door uw schadeverzekeraar. Ook volgens de Wet op de economische delicten bent u sinds 2007 strafbaar als u uw zorgplicht voor uw gebouw volgens de Woningwet niet voldoende hebt vervult.

Aandachtspunten: Hoe houd je de risico's acceptabel?

Bij verbouwingen die constructief ingrijpen of compartimenten wijzigen moet vrijwel altijd een omgevingsvergunning worden aangevraagd. Dan word je (al dan niet ondersteund door een brandveiligheidsadviseur) gedwongen om over de brandveiligheid na te (laten) denken. Bij vergunningvrij bouwen echter kan het ook verstandig zijn om een brandveiligheidsadviseur te raadplegen omdat de gebouweigenaar te allen tijde zelf verantwoordeljk is voor een brandveilig gebouw.

Samenvatting aandachtspunten

Het brandveiligheidsniveau mag bij een verbouwing niet lager worden dan het feitelijk is voor de verbouwing. Dat wil meestal zeggen: zoals in het verleden vergund. Vergunningvrij of niet, de gebouweigenaar is en blijft te allen tijde verantwoordelijk voor de brandveiligheid in zijn gebouw.

Kennisproducten

Bekijk ook

Gerelateerde rubriek

Gerelateerde thema's

Gerelateerde vragen

Zoek in vragen